Rustaltaar in Meezenbroek vernield… maar door wie?

In de tweede helft van de vijftiger jaren werd er een rustaltaar aan de Mesdagstraat in Meezenbroek vernield, enkele uren voordat deze bij de processie in Meezenbroek gebruikt zou worden. Maar wie vernielde het altaar? En wat was het verhaal achter deze actie?  Hier volgt de onthulling!

Terug naar de vijftiger jaren van de vorige eeuw. In die tijd werd met name de wijk Meezenbroek overspoeld met arbeidskrachten uit de noordelijke provincies. De Nederlandse Spoorwegen bijvoorbeeld, zagen zich genoodzaakt om veelal ongehuwde machinisten uit Groningen / Friesland en Drenthe naar Heerlen over te plaatsen omdat hier een groot tekort was aan machinisten voor de vele kolentreinen die de rest van het land kolen moesten voorzien.

Omdat de machinisten uit de noordelijkste provincies meestal niet katholiek en vaak zelfs ongelovig waren, werden ze bijna nooit geaccepteerd in katholieke wijken in Heerlen. Hierdoor kwamen velen van hen in het ‘rooie’ Meezenbroek terecht. De ongehuwden zochten hier een kosthuis en dit deden ook de uit de provincie Groningen afkomstige lieden Piet Kooistra en Bart Hamming. Twee ongehuwde vrienden die hard werkten, maar ook het genot van het leven wisten te proeven. Zij kwamen in de kost bij Mevrouw Bloemink, die in de Frans Halsstraat nr. 12 woonachtig was.

Omdat de twee kostgangers continudiensten draaiden, kwamen zij op de onmogelijkste tijden thuis of moesten ze gaan werken. Aanvangstijden om twee, drie of vier uur ‘s nachts waren normaal en evenzeer was het normaal als ze om deze tijden van hun werk thuis kwamen. Maar na dagen hard gewerkt te hebben, kwam er ook tijd om af te schakelen. En dat afschakelen werd bijna altijd gevierd met de nodige, ja zelfs heel veel, pilsjes. Lastig waren onze hoofdrolspelers nooit … integendeel. Zij waren altijd in voor een geintje. Zo werd de kostvrouw op een dag wakker terwijl er een heuse haan in haar slaapkamer stond te kraaien of sterker nog, zij ’s morgens vroeg in de keuken het paard van melkboer/kolenboer Roeffie Ham (uit de Thorbeckestraat) aantrof. Dit dier hadden die twee dan even na hun dienst in de wei aan het eind van de Mesdagstraat gevangen en de keuken in gedropt.

Het was ook in die tijd dat onze medelanders uit het voormalige Nederlands-Indië ten behoeve van de nieuwbouw van de H. Geestkerk een pasar malam (avondmarkt) organiseerden. In een schitterende open met riet overdekte ‘tent’ met een heuse waterpartij en vijverpark, kon je kennis maken met alles wat met Indonesië en de Indonesische of Indische cultuur te maken had. Het was uniek voor onze regio en het trok vele duizenden bezoekers. Buiten de markt zelf, was er ook veel muziek en dans en uiteraard Indisch eten. Bart en Piet bezochten uiteraard ook het feest, maar dan alleen voor de drank. Zij waren het die ver na middernacht de bar sloten en slingerend en zingend huiswaarts togen. Om niet de hele buurt wakker te maken, besloten ze maar om via het pad achter de Frans Halsstraat naar binnen te gaan.

Bron: Rijckheyt.nl | de Mesdagstraat in Heerlen
Bron: Rijckheyt.nl | de Mesdagstraat in Heerlen

Aan het einde van de Mesdagstraat / hoek Pieter Breughelstraat was door de parochie echter een rustaltaar geplaatst voor de processie die enige uren later door Meezenbroek zou trekken. De twee beschonken lieden waren weliswaar niet katholiek, maar ze wisten wel dat het bouwwerk iets te maken had met het geloof. Ze bestegen al dansend het twee traps hoge rustaltaar en zongen uit volle borst ‘Oh heer, mijn god, wie zal onze drank betalen?’
En ja hoor, het rustaltaar was niet tegen het dansend geweld bestand en de twee zattelieden stonden plots een halve meter lager.

Dat de Limburgse kranten op maandagmorgen kopte dat de communisten c.q. de socialisten uit de wijk Meezenbroek een rustaltaar voor de processie op schandalige manier hadden vernield, zal duidelijk zijn … maar het ware verhaal van deze vernieling is hiermee bekend.

Bron: Rijckheyt.nl | Een rustaltaar in de processies van Heerlen
Bron: Rijckheyt.nl | Een rustaltaar in de processies van Heerlen

Ingezonden verhaal

Als lezer van HeerlenVertelt.nl zal het vaak voorkomen dat u gebeurtenissen, locaties of gebouwen herkent. Wanneer u graag zelf een verhaal hierover wilt schrijven en insturen kan dit natuurlijk!

6 gedachten over “Rustaltaar in Meezenbroek vernield… maar door wie?”

  1. LS.
    Vond deze weer tijdens het opruimen van een kastje een blank metalen
    Plaatje van 3centimeter doorsnee met daarop ingeponst de naam
    Van een persoon genaamd: O.Duinkerken geboren op 13-6-1913
    Daaronder :Res. 1AG. O+.Misschien komt dit iemand bekend
    voor en heeft interesse in dit voorwerpje. Ben benieuwd naar reacties
    Groet van Henk Sulmann.

    1. Ik John Duinkerken ben een kleinzoon van Otto Duinkerken die jaren lang op het adres Henri Jonasstraat 20 gewoond heeft samen met Nieske de Groot.
      Ik heb wel interesse in dat plaatje!

      Met vriendelijke groet John.

    1. Geachte heer/mevr

      Ik heb interesse in het plaatje omdat het hier om mijn opa gaat en tevens mijn Peetoom.
      Het was inderdaad Henri jonasstraat 20 meezenbroek.

      Met vriendelijke groet
      Ronald Otto Duinkerken

  2. Mijn vader Piet van den Eijnden werd toendertijd in het Limburgs Dagblad beschukdigd als vernieler! Hij zat notabene in het gips!
    Ik ben blij nu te lezen wie de schuldigen waren, ik weet niet of mijn vader dit ooit verteld is, wij hebben dit verhaal thuis nooit gehoord.

  3. Die feesten waren gezellig. De muziek buiten werd gelever door de Swallows. (Hub Savelsberg)
    Zelf heb ik nog gedrumd bij de Avantis een Indisch Nederlands Orkest.
    De namen die ik mij herinner zijn mijnheer Hal, Juffrouw Dautzenberg ondergetekende en Louis de Serrière.
    De mensen die dit op poten hebben gezet hebben veel voor de Heilige Geest Parochie met Pastoor Frijns veel betekend.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.