Bron: Rijckheyt.nl | Lagere school (basisschool) St.Tarcisius.

De komst van de Tarcisiusschool (2)

De school en de R.K. Kerk hadden innige banden, eigen aan het Rijke Roomse Leven. Het Bestuur was een Parochiaal Schoolbestuur. Het trimester begon met een schoolmis, de lesdag begon met het luiden van de schoolbel en een klassikaal gebed.

Samen met  Jacques van Mastrigt kijken wij terug naar de komst van de Tarcisiusschool.
Dit is deel twee van  “De komst van de Tarcisiusschool”.

De school en de Kerk
Daarna ging bovenmeester Crijns, of liever het Hoofd der School de klassen langs niet alleen om de absenten op te nemen maar om ook te noteren wie er ’s morgens voor school naar de H. Mis waren geweest. Op het rapport werd aan de bovenaan vermeld: Misbezoek met daarbij als cijfer het aantal keren gedurende het afgelopen trimester, dat de Mis doordeweeks was bezocht. Omdat slechts weinig leerlingen in de vakantiemaand ook echt op vakantie gingen, werd het kerkbezoek  ook in augustus gestimuleerd. Op school kregen we een knipkaart op naam voor de hele maand.

Bron: Rijckheyt.nl | Interieur van de St.Annakerk (15-11-1953).
Bron: Rijckheyt.nl | Interieur van de St.Annakerk (15-11-1953).

Tijdens de Mis had de manke koster Willy Heijmans of soms zelfs een misdienaar de verantwoordelijke taak om gelijk een treinconducteur met een speciale tang knipjes te zetten in de kaarten van de aanwezigen. Ging je toch met vakantie of met de welpen of verkenners van de St. Hubertusgroep op kamp dan mocht de plaatselijke pastoor of de aalmoezenier van de jeugdbeweging het misbezoek ook af tekenen.  Indien je uiteindelijk van voldoende aanwezigheid had blijk gegeven (tenminste 25 van de 31 dagen), mocht je op het eind van augustus naar het houten groene parochiehuis aan de Mgr. Schrijnenstraat waar de pastoor Kellenaers een film draaide. Meestal was het Charley Chaplin, Stan Laurel en Oliver Hardy of Rintintin. Het waren “stomme” films (zonder geluid) en dan nog van slechte kwaliteit ook.

De eerste vrijdag van de maand was een bijzondere dag. Alle leerlingen kwamen bij elkaar in de hal en er werd o.l.v. van de heer Crijns tot het Allerheiligste Hart van Jesus gebeden.

De godsdienstlessen werden door de geestelijkheid van de St. Annaparochie gegeven. De Pastoor  en de Kapelaans Houben, Habets, Hennissen en Trienekens. Zij kwamen in vol ornaat in zwart priestergewaad, de soutane genaamd en met bonnet op het hoofd te voet naar de school. Het uit het hoofd leren van de kleine Catechismus stond in de godsdienstlessen centraal. Dit was een boekje met vragen en antwoorden over de Leer van de Rooms Katholieke Kerk ingedeeld voor de diverse leerjaren. Voorin stond de toelating (nihil obstat) van de Aartsbisschop en Kardinaal de Jongh van Utrecht. Ook werd in de lessen ingegaan op de ingewikkelde theorie van erfzonde, dagelijkse zonde en doodzonde, de gevolgen daarvan de vlekken op de menselijke ziel, en tenslotte de reinigende werking van de biecht. Ik heb het nooit kunnen begrijpen, maar het waren mysteries die je maar met kinderlijke eenvoud moest aanvaarden. Ook moesten de Oefeningen van Berouw, van Hoop en van Liefde, de Tien geboden, en de Geboden van de Kerk van buiten geleerd worden. De Oefening van Berouw was onmisbaar bij de Biecht.

In de kerkbanken
In de kerk zaten de jongens rechtsvoor aan de zijkant van het altaar en de meisjes links. De laatste bank van het jongensblok was gereserveerd voor de dienstdoende onderwijzer, die ook in de kerk de orde diende te bewaken. Dit kon ook gebeuren door het uitdelen van een altijd onverwachte oorvijg. Een enkele keer kwam er kritiek. Een kerkganger riep op zo’n moment met luide stem: “Sla je eigen kinderen” Alleen als je ouders meegingen naar de Kerk mocht je ernaast  gaan zitten. Er zaten alleen katholieken op de school. Voor de protestanten had je de Talmaschool aan de Laan van Ruys de Beerenbroek. Contact met kinderen van andersdenkenden was uit den boze, laat staan dat je er mee mocht spelen.

De leerlingen die misdienaar waren, waren bevoorrecht. Zij mochten altijd te laat komen,  want na het dienen van de Mis van half negen kon je onmogelijk op tijd op school zijn. Bovendien kregen deze zonder meer en onbeperkt verlof om doordeweeks om 11 uur begrafenis- of huwelijksmissen te dienen. Overigens kon je pas misdienaar worden na een gedegen opleiding uitspraak van de toen nog Latijnse misteksten door de zusterkosteres van het nonnenklooster aan het Bekkerveld.

Bron: rijckheyt.nl | Bekkerveld (3-1-1961). Op de achtergrond de St.Annakerk.
Bron: rijckheyt.nl | Bekkerveld (3-1-1961). Op de achtergrond de St.Annakerk.

De school bereidde verder voor op de Sacramenten in de St. Annakerk. Zoals de H. Biecht, de H. Eerste Communie, maar ook het H. Vormsel door de bisschop van Roermond Mgr. Lemmens of de coadjutor of wijbisschop Mgr. Hansen en Plechtige Communie met vernieuwing van de Doopbelofte in de zesde klas. Voor de Feestdagen zoals Pasen en Kerstmis gingen de klassen met hun onderwijzer of de onderwijzeres gezamenlijk naar de St. Annakerk om beurtelings te biechten. En daarna met je handen voor je gezicht de penitentie te bidden. Of doen als of en tussen je vingers doorkijken wat voor interessants er verder gebeurde. Op Goede Vrijdag om 2 uur ’s middags was een speciale dienst met Kruisweg voor de schooljeugd. Dan zaten de kinderen in de banken voor de volwassenen. Klas voor klas. De leerkracht de bank er achter. De jongensschool rechts, de meisjes van de Mater Dei met veel zusters als leerkrachten links. Na afloop begon de Paasvakantie.

De onderwijzers en onderwijzeressen
De 4- en 5-jarigen zaten nog gescheiden op de kleuterschool bij de zusters aan het Bekkerveld. Meester Döll en Juffrouw van der Does hadden eerste klassen. Juffrouw van der Does verzorgde ook de zanglessen voor andere klassen waarvan de meester minder talenten had op muzikaal gebied. Muziekles was meestal samenzang. Er waren liederen bundels en met Kerstmis een speciale Kerstbundel. Na school verzorgden zij ook nog zanglessen via de Schola Cantorum. De instroom werd niet bepaald door de muzikale kwaliteiten van de leerling maar door de draagkracht van de ouders. De beste zangers werden gerekruteerd voor het knapenkoor van de St. Annakerk. De tweede klas was voor de legendarische juffrouw Tempelman. Ondanks de veertig leerlingen in de klas had zij orde en tucht. Als leerlingen teveel hadden gepraat dan moesten de handen plat op de bank en sloeg zij er met een Spaans rietje stevig op los.  Desondanks bereikte zij haar 40-jarig onderwijsjubileum en ging met een koninklijke onderscheiding met pensioen.

Bron: Rijckheyt.nl | Lagere school (basisschool) St.Tarcisius.
Bron: Rijckheyt.nl | Lagere school (basisschool) St.Tarcisius.

De derde klas was voor meester Op ’t Veld uit Valkenburg. Deze meester gaf bovendien aan leerlingen van de vijfde en zesde klassen  Franse les. De deelnamekosten waren 1 gulden per maand. Voordat zilveren guldens in omloop kwamen, was het nog een bruin muntbiljet met koningin Juliana erop. Om te zorgen dat alle leerlingen tijdig elke maand geld van huis meebrachten hield de meester maandelijks een loterij. De prijs was een reep chocolade. Alleen de leerlingen die op tijd betaald hadden mochten meedoen. Het opzeggen en opschrijven van het “Notre Père” (Het Onze Vader) en het “Je vous salue Marie” (Weesgegroet) waren vaste proefwerkstof aan het eind van het jaar. De Franse les was ter voorbereiding op de HBS (Hogere Burgerschool) of het Gymnasium van St. Bernardinus. Meester Disco had een combinatieklas 3-4.

De natuur in
De vierde klas was het territorium van Meester Ramakers uit Welten. Hij was een verdienstelijke hobby-imker en natuurliefhebber in hart en nieren. Het hoogtepunt van het jaar was als de klas op bezoek mocht bij hem thuis aan de Pijnsweg. Hij had dan een soort maanmannetjespak aan en legde met zijn pijp een rookgordijn aan om de bijen op afstand te houden. Ook hield hij voor belangstellende leerlingen op woensdagmiddag een excursie in de natuur. De leerlingen hingen aan zijn lippen, terwijl hij diverse wetenswaardigheden over planten en dieren vertelde en hen liefde voor de natuur bijbracht. Zijn klaslokaal  kon ook concurreren met een bloemisterij.

De belangrijkste leerling was degene die de planten water mocht geven. De plant, die de meeste zorg kreeg was een cactussoort “Koningin der Nacht”. Het verhaal ging dat deze maar eens in de zeven jaar bloeide en dan nog alleen maar gedurende slecht één nacht. En dan werden leerlingen enthousiast gemaakt om ’s avonds met hun ouders naar school te komen om deze bloeiende schoonheid te bekijken. Hij ondervond daarbij geen concurrentie van soaps of voetbalwedstrijden op de televisie, omdat er nog nauwelijks televisies waren. Ook spoorde hij leerlingen aan gewonde dieren niet aan hun lot over te laten, maar mee te nemen en te verzorgen. Kon je het niet zelf, dan was hij altijd bereid om het dier in ontvangst te nemen.

De vijfde klas was voor Meester Eyck, en een van de twee zesde klassen voor het schoolhoofd Crijns. Zijn witte haren had hij te danken aan een verblijf in een Jappenkamp in Nederlands Indië in de jaren 1940-45. De leerlingen voor de zesde klas werden voor een van beide klassen geselecteerd op basis van de verwachte vervolgopleiding.

In deel drie komt de dagelijkse gang op school ter sprake.

Ingezonden verhaal

Als lezer van HeerlenVertelt.nl zal het vaak voorkomen dat u gebeurtenissen, locaties of gebouwen herkent. Wanneer u graag zelf een verhaal hierover wilt schrijven en insturen kan dit natuurlijk!

4 gedachten over “De komst van de Tarcisiusschool (2)”

  1. mooi stukje over hoe het vroeger was. zelf heb ik dit niet meegemaakt. ben van geboortejaar 68, dus heb slechts de nadagen gekend van de invloed van de kerk op het onderwijs. je kunt stellen dat dit vroeger te streng was, maar dan moet je het ook niet vreemd vinden dat de huidige jeugd totaal ontspoort is geraakt. er is nu geen enkel toezicht meer, kinderen zijn na en voor de schooltijd totaal vrij te doen en te laten wat ze willen en zie dan het resultaat. we moeten en kunnen niet meer terug naar vroeger, maar we zullen wel iets moeten verzinnen om de jeugd ‘bezig’ te houden, want dan kunnen we uitwassen zoals in het dorpje Haaren zijn gebeurd enigszins beteugelen.

  2. Dag Jacques, bedankt voor jouw verhaal. Ik ben van 1954 en woonde aan de Mgr. Schrijnenstraat 14. Daar ben ik ook geboren. Na het “particuliere klasje” van juffrouw Annie heb ik op de kleuterschool (o.a. bij juffrouw Gonny) aan de Mgr Schrijnenstraat gezeten en daarna vanaf 1960 op St. Tarcisius. Op jouw verhaal wil ik graag aanvullen dat Tarcisius een dependance had in de zg finse school aan de Van Sonsbeeckstraat, bij ons om de hoek. Daar heb ik mijn eerste drie schooljaren doorgebracht bij meester Lintjens, juffrouw Tempelman en meester Disco. Het gebouw telde 6 klaslokalen: drie voor St. Tarcisius en drie voor B.L.O.-onderwijs (speciaal onderwijs). Als ik destijds moest vertellen waar ik op school zat en men wat meewarig begon te kijken, haastte ik me om te vertellen dat ik op St. Tarcisius zat en niet op de B.L.O.-school. Aan deze drie eerste schooljaren bewaar ik goede herinneringen ondanks het feit dat het ’s zomers veel te warm en ’s winters veel te koud was omdat de potkachel, waarvan er in ieder lokaal een stond, pas halverwege de morgen voor een behaaglijke temperatuur zorgde. Aan de Gerard Bruningstraat op de Molenberg stond destijds een identieke houten finse school. Hartelijke groeten van Paul ter Horst

    1. Leuk om te lezen.
      Ik ben in 1953 geboren en heb de 1e klas ook bij meester Leentjens gedaan. Wij zaten toen in een wit schooltje in de Ovidiusstraat. De 2e klas heb ik bij juffrouw Tempelman gevolgd in – inderdaad – de Finse school. De rest in het hoofdgebouw aan de Aarweg.
      Heb jij toevallig nog een foto van die Finse school?

  3. Ik kwam in 1950 op de Aloisiusschool, achter de pancratius ulo. Verhuisde mee naar de nieuwe school aan de Aarweg. Rondom de school was het eerst een grote modderpoel. We moesten daarom over onze schone schoenen sloffen aan. Ook vonden we toen wel eens oorlogsmunitie. Dat werd meegenomen en vuurtje op gestookt. Juffrouw Tempelman van de 2e klas konden veel leerlingen wel schieten. Ik niet. Toch te braaf? Van een Spaans rietje weet ik niks. Wel dat ze op je vinger sloeg met een houten vierkante liniaal. Jan Vencken van de VW-garage weet daar alles van. Bij de eerste klap brak het liniaaltje. Dat werden dus 2 vingers. En het brak weer. 3 vingers en het brak weer, bij 5 vingers ook en toen waren de liniaaltjes op. Ze is een paar jaar gelden gestorven op zeer hoge leeftijd. 100? Pietje Crijns propageerde de zg eliteschool. De klassen cq rijen werden verdeeld naar slimme (Bernardinus) en niet slimme (ulo, lts). Op het Veld, Ramakers, Does, Doll heb ik ook gehad. Die gebruik heeft mogen/moeten maken van het eliteschooltje is oud-ministers Ritzen, die moest helemaal van het Schaesbergerveld komen. De school bleek later al te klein. Dus kregen een aantal minder slimmen les in het kleine zaaltje van het Pancratiushuis van Pietje Masthoff, later wethouder onderwijs. Kan nog uren doorgaan…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.