Bron: Hub Huijts | Huisorde Raad van Elf (1990)

Deel 4: Een nieuw tijdperk voor de Bokkeriejesj: 1986 – 2010

In 1986 wordt het 8 x 11 jarig jubileum gevierd met jubileumprins Marcel II van Eeghem, Wim Vliegen, de penningmeester is de eerste langjarige jubilaris namelijk 22 jaar lid van de Raad van Elf.

Een feestcomité onder voorzitterschap van Otto Vandeberg wordt samengesteld en er wordt een fantastisch feestprogramma in elkaar gestoken waarbij voor jong en oud wat geboden wordt. Hein Wanders van het gelijknamige bedrijf Moonen-Wanders ontwerpt, vervaardigt het eigenhandig en schenkt namens zijn bedrijf een levensgroot granieten standbeeld van “Der Bokkeriejer”, het wordt geplaatst op de hoek van Ganzeweide-Rennemigstraat. In november 1986 wordt het met enorme belangstelling door burgemeester Piet van Zeijl onthuld en vanaf dan wordt het ook een traditie dat elk jaar met de opening van het carnavalsseizoen bij het beeld door een bekende Heerlerheidenaar een openingswoord gesproken wordt.

Bron: Hub Huijts | Bokkeriejer beeld in het parkje op de hoek Ganzeweide/Rennemigstraat (1986)
Bron: Hub Huijts | Bokkeriejer beeld in het parkje op de hoek Ganzeweide/Rennemigstraat (1986)

De Hedsjer Oavenden worden meer en meer een groot succes. In deze periode wordt de “Bok mit de Gouwe Heure” achtereenvolgens uitgereikt aan: Dokter Klaas Hanje, voorzitter Kon.fanfare St.Joseph; Jan Stevens, voorzitter Herrensitzungscomité; Hub Savelsbergh, oud voozitter K.K.H.; J.van Bergen Henegouwen, commissaris van politie; Otto Vandeberg, voorzitter K.W.V. De Heidebloem; Thei Vrolings oud Opperbok; Hein Wanders, maker van het Bokkeriejesj standbeeld; Ton Leerssen, oud voorzitter Bokkeriejesj; Joep Steen, oud lid optochtcommissie en Sjef Quaedvlieg, voorzitter Ex-Prinsen.

Het lidmaatschap van een aantal geledingen zoals de I.I.G., de G.E.C. en de F.E.N. wordt opgezegd, de doelstellingen voldoen niet meer aan de behoefte van de Bokkeriejesj. Nieuwe schlagers komen er in 1987 “Neet klage-neet zeure” van Jan Valize en “Trek dich noeë d’r kloon toch aan van Jos van Eeghem en “Vier zint nog lang neet verloare” van Otto Vandeberg; in 1988 “Der neuste hoempa hoempapa” van Jan Valize; in 1992 “Groeët Ghen Heij sjoenkelt” van Wiel Sijstermans; in 1993 “Mit de kriebel in de prie” van René van Oyen en “Retteketet Tsjing Boem” van Mai van Oyen en “Ooch dat is Hedsjer sjpass” van Jan Valize en “Ut Hedsjer hart” van Wiel Sijstermans; in 1995 “Doa moste Hedsjer vuur zieë” van Wiel Sijstermans en “Hieë moste blieëve hange” van Leny Raven; in 1996 “Bokkeriejesj loat mèr goan” van Hub Fober en “D’r Bokkesjprongk” van Wiel Sijstermans en “Och och mieën pruuk is weg”van Mai van Oyen. In 1989 wordt John I Tumulero Prins, het is de eerste keer in lange geschiedenis van de Bokkeriejesj dat er een Prins wordt uitgeroepen waarvan ook de vader Prins geweest is, Deljo I in 1963, Prins John was in zijn jeugd ook al dansofficier geweest bij de Bokkeriejesj. Van 1989 tot 1991 is Marcel van Eeghem de Opperbok. Uit de archieven is ook achterhaald dat de Bokkeriejesj tot aan het eind van jaren 80 contacten hadden gelegd en deels nog onderhouden met ruim zeventig verschillende carnavalsverenigingen uit Canada, Duitsland, België en Nederland.

Het Herrensitzungscomité stopt in 1989 met de organisatie van de Herrensitzungen vanwege de steeds vaker optredende ongeregeldheden. Binnen de Bokkeriejesj wordt getracht om met een kleiner clubje de zaak weer vlot te trekken, als dit ook geen succes wordt schakelt men over naar de organisatie van het CarnaGala, carnaval in smoking en op een kwalitatief hoog niveau, helaas is ook dit geen lang leven beschoren. In 1990 krijgen de leden van de Raad een nieuwe huisorde.

In 1991 wordt René van Oyen geïnstalleerd als nieuwe Opperbok. Het Hedsjer Sjpastreffen komt aan zijn einde en de Hedsjer Oavend wordt nieuw leven ingeblazen. De negentiger jaren hebben een moeilijk begin, de golfoorlog gooit roet in het eten en de carnavalsverenigingen worden door vele installaties verzocht de carnavalsviering uit te stellen of geheel te laten. Niet iedereen houdt zich hieraan en zo kan het gebeuren dat de Bokkeriejesj met Prins Thei V Arts die in 1992 geprolongeerd is, incognito naar Gulpen gaan om daar carnaval te vieren. Heerlerheide en de Bokkeriejesj geven wel gevolg aan het verzoek en proclameren geen nieuwe Prins en laten ook geen optocht trekken. De daarop volgende jaren wordt er carnaval gevierd en Prinsen geproclameerd en men gaat zich langzaam voorbereiden op het grote jubileum van 99 jaar.

Bron: Hub Huijts | Huisorde Raad van Elf (1990)
Bron: Hub Huijts | Huisorde Raad van Elf (1990)

Periode 1997 – 2008
Zo komt het dat de vereniging en het carnaval op Ghen Hei een beetje sudderend door stomen naar het jubileumjaar van 1997, 9 x 11 jaar met jubileumprins Jos I van Eeghem hij is de jongere broer van zijn voorganger in 1986 Marcel II. Ook nu weer wordt er een groot feestcomité samengesteld met als voorzitter Jan Stevens. In deze periode wordt in 1990 Henk Sangen oud voorzitter; 1991 Jef van Eeghem oud bestuurslid; 1992 Miel Starmans oud voorzitter optochtcommissie; 1993 Astrid van Dalfsen-Broeren voorzitter Damesgarde De Geete; 1995 Juul Millen oud voorzitter Groene Ster; 1996 Jan Vrolings oud bestuurslid de “Bok mit de Gouwe Heure” uitgereikt.

In 1990 ontvangen Benno Kemp optochtcommissie.; in 1992 Hub Huijts oud secretaris/voorzitter en 22 jaar lid; in 1993 Sjef Quaedvlieg voorzitter Ex-Prinsen de “Orde van Verdienste” van de F.H.C. Deelnemers aan de carnavalsoptocht en de Hedsjer Oavend ontvangen vanaf dan elk jaar een herinneringsvaantje. Het schlagerconcours wordt gecombineerd met de Hedsjer Oavend en blijkt een doorgaand succes te worden. De oude en bekende grote groepen die jaarlijks in de optocht meeliepen stoppen ermee, de jeugd heeft niet meer de animo om net zoals hun ouders veel tijd en geld te steken in het maken van mooie en dure carnavalspakjes. Veel jeugdigen uit die groepen treden toe tot de Raad van de Bokkeriejesj, enkele uitverkorenen worden Prins carnaval.

De Raad van Elf van weleer is niet meer, de vereniging telt meer dan twintig geüniformeerden. Het K.K.H. houdt op te bestaan en de leden worden opgenomen in het ledenbestand van de Bokkeriejesj. Andere manieren van fondsenwerving worden ingevoerd, het sponsorplan in diverse varianten vindt zijn weg naar buiten. Zelf wagens bouwen wordt niet meer gedaan, de nieuwe generatie leden kunnen nog maar moeilijk tijd vrijmaken om ’s-avonds in de wintermaanden in een vrieskoude loods een wagen te bouwen. Door de financiële middelen tijdig te reserveren is het mogelijk om regelmatig een kant en klare prinsenwagen te kopen. Nieuwe tekstschrijvers dienen zich aan de inzendingen van nieuwe schlagers neemt jaarlijks toe.

Het lidmaatschap van de B.C.L. wordt opgezegd. Nieuwe pogingen om aansluiting te vinden bij de S.L.V. lopen op niets uit. De laatste vier jaren van deze eeuw wordt de functie van Opperbok vervuld door Eric Dirkx. De 21e eeuw is aangebroken en kijkend naar de Bokkeriejesj van vandaag dan ziet men een jonge vereniging met 22 geüniformeerde Raadsleden. Joppe Sangen wordt in 2002 geïnstalleerd als Opperbok. In 2002 wordt Patrick Dortant uitgeroepen tot prins van de Bokkeriejesj, hij is de tweede Prins waarvan de vader ook Prins geweest is, zijn vader Ger II was Prins in 1976. De vereniging krijgt nieuwe statuten. Een nieuwe Ieëreroad wordt opgericht, voormalige leden van de Raad die onafgebroken 22 jaar of langer lid zijn geweest van de Raad mogen toetreden, inmiddels bestaat deze groep uit zes leden Wim Vliegen, oud penningmeester is 42 jaar lid, Hub Huijts oud secretaris/voorzitter is 37 jaar lid, Jo Houkes oud voorzitter is 36 jaar lid, de overige leden Henk Heijnen, Ger Heutz en Jo Beckers zijn meer dan 22 jaar lid.

De opening van het carnavalsseizoen wordt in een nieuw jasje gestoken, er worden dialectteksten geschreven voor de H.Mis, de seizoensopening gebeurt samen met de Damesgarde De Geete en de Koninklijke fanfare St.Joseph en traditioneel wordt na de H.Mis het Limburgs volkslied en de Prinsenmars gespeeld, de Prins en de leden van de Raad worden verzameld rond het standbeeld van “Der Bokkeriejer” en weer voorzien van hun attributen zoals de steek en de huisorde en er worden door leden van de Kon.schutterij St.Sebastiaan 11 kamerschoten gelost. Ieder jaar weer opnieuw worden nieuwe varianten bedacht voor de Hedsjer Oavend en het schlager concours. Het Parkstad Leedjesconcours wordt in het Corneliushuis georganiseerd.

De basisschool “De Schacht” wint het Kinder Vasteloaves Leedjes concours met de schlager “Ki ka koe ka karnaval” in 2006. Het ouderlijk huis van Prins Danny I Hoofs wordt door de muziekband Kartouch gekozen als mooist versierde prinsenhuis van Limburg. De Herrensitzung is sinds 2000 weer terug en weer is het een geweldig succes. Het evenement Zoeë-Mèr carnaval (niet te verwarren met zomercarnaval) doet zijn intrede.

De Ex-Prinsen vieren hun 33 jarig bestaan en ook hun jaarlijks terugkerende Gala-zitting is van hoog gehalte, de Ex-Prinsen vereniging telt momenteel meer dan 33 leden. De carnavalsoptochten worden via lokale televisiezender uitgezonden, deze optochten blijven een constante factor aan hoog carnavalistisch gehalte en humoristische persiflages en ondanks dat de organisatie gestopt is met uitkeren van geldprijzen en er alleen maar een herinneringsvaantje uitgegeven wordt neemt de lengte van de optochten nog steeds toe. Het hoort zeker in de geschiedenis van Bokkeriejesj thuis, de optochtcommissie een groep mannen en vrouwen die jarenlang hun inzet getoond hebben om de optocht van Groeët Ghen Hei in goede banen te leiden, enkele namen die helaas niet meer onder ons vertoeven zijn: Jan van Boxtel, Benno Kemp, Jan Witte, Frits Zwartjens, Miel Starmans en Henk Boesten.

Bron: Bokkeriejesj | Opening en Heilige Mis 2010
Bron: Bokkeriejesj | Opening en Heilige Mis 2010

De eerste jaren van deze eeuw wordt een record aantal nieuwe schlagers geschreven door o.a. Margo van de Bosch met “Hedsjer Toversjpas”, “Hèëleheij ich hub dich leef”, “Fieëske (Op)boeëwe”, ”Dat is koel dat is vet”, “Same bluije vieër hieë op”, “Joa dat is Hèëleheij”, “Kika Koe Ka Carnaval” en “Loat uch hure”; Desiré Staal met “Deeste mit”; R.van Oyen met “Woe ich altied va dreume kin” en “Ummer doa mit vasteloavend”; J.Boesten met “Mit Vasteloavend sjteet Ghen Heij weer op ziene kop”, “Ghen Heij blief wieste bis”, “Sjtappe”, “Billige baksjteen”, “Fieëske boeëwe”, “De wiezers van de klok”, “Vieër zette huuj de blumkes boeëte”, “De vasteloavesmoezikant”, “Voet mit die vot”, “Noeë loat uch hure” en “Vieër vieëre fieës” een volledig overzicht van al die schlagers is verderop weergegeven.

De “Bok mit de Gouwe Heure” wordt uitgereikt aan Marcel van Eeghem, oud Opperbok en oud voorzitter en John Vrolings voorzitter van Groene Ster. De “Orde van Verdienste” van de F.H.C. wordt aan Henk Boesten uitgereikt. De traditionele rondgang tijdens de carnavalsdagen is niet meer, de oorzaak hiervan ligt in het feit dat het aantal horeca gelegenheden zo hard is teruggelopen dat er nog maar een handje vol over is en daarvan ook nog weer een aantal de deuren sluit tijdens de carnavalsdagen. Het bezoeken van verenigingen in België en Duitsland is nagenoeg nihil, terwijl de contacten met de Nederlandse verenigingen zich nog maar beperken tot Zuid Limburg.

De proclamatiezittingen ooit nog eens georganiseerd in de nacht van oud op nieuw, worden nu steevast gehouden op de eerste zondag van januari en heeft plaats gemaakt voor een matineezitting. Sinds 1976 is er voor de Prinsen elk jaar een nieuwe proclamatierede in het Hedsjer plat geschreven, het digitale tijdperk heeft
ook de Bokkeriejesj niet onberoerd gelaten, een eigen website is in de lucht.

De hofnarren hebben definitief plaats gemaakt voor de Adjudant van de Prins, achtereenvolgend vanaf 1999 Joppe Sangen, Jelle Sangen, Maarten Crousen, Roy
Bos, Michel Görtzen, Nico Hofland, Peter Bindels, Vincent Seelen, Marcel Mannheims, Roy Dehing en Timo Dekkers.
Vanaf 2 januari 2011 is er ook een nieuwe Opperbok benoemd n.l.Pierre Frolichs.

Dit overzicht is slechts een greep uit historische feiten en gebeurtenissen, het is niet uitgesloten dat er namen niet genoemd zijn, hierbij is geen opzet gepleegd en daarvoor kan de schrijver zich slechts beroepen op de onvolledigheid van de archiefstukken.

Lees ook:
Deel 1: De Bokkeriejesj van Groeët Ghen Heij
Deel 2: De Bokkeriejesj in de na-oorlogse tijd: 1953 – 1975
Deel 3: De Bokkeriejesj in volle bloei: 1975 – 1986

Ingezonden verhaal

Als lezer van HeerlenVertelt.nl zal het vaak voorkomen dat u gebeurtenissen, locaties of gebouwen herkent. Wanneer u graag zelf een verhaal hierover wilt schrijven en insturen kan dit natuurlijk!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.