Bron: Rijckheyt.nl | Panorama van Heerlen/Benzenrade.

Drie juli (2)

De roew hoezer, de rooie huizen, staan er nu tien jaar en zien er nog prachtig uit met hun mergel onderstuk, grote ramen, prachtige rode daken en indrukwekkende portieken.

Dit is deel 2 van het drieluik “Drie juli“.

Bron: Rijckheyt.nl |  Panorama van Heerlen/Benzenrade.
Bron: Rijckheyt.nl | Panorama van Heerlen/Benzenrade.

De oneven nummers hebben een voortuintje, aan de straatkant afgesloten met een hekwerk van drie horizontale witte planken en een draaihekje. Langs de even nummers ligt een trottoir, waarop voor 210 een elektrische straatlantaarn. Er is een pad om de huizen aan de achterkant te bereiken, het loopt vlak achter de erven langs, nog vóór de grote tuinen. De eigenaar van 210, de spoorman Frans Storm, ruilt binnenkort met de huisarts Frans Scheepers, bezitter van de akkers waarop Sjors zwoegt, het loze driehoekje naast de gevel tegen een strook grond over de hele lengte van de tuin. Het pad achterom wordt nu verplaatst: langs de gevel en langs de hele lengte van de tuinen en dan linksaf. Via hun eigen tuin bereiken de buren 212, 214 en 216 hun erf. Zo is een oplossing gevonden voor de eigenaar van een geïsoleerd stuk grond, liggend achter perceel 218, aan wie het recht van overpad verleend moest worden. Een veel besproken probleem is daarmee opgelost. Er wordt een waslijn aangebracht en Pap plant er rode, witte en zwarte bessen en ‘stèèkbèren’.

Talen uit alle windstreken
Zijn het alleen de daken die de huizen hun naam gegeven hebben? Of dachten de sprekers aan de bewoners? Op de oneven nummers woont zeker één rooie, misschien wel twee of drie, en minstens vier van de vijf even nummers zijn rood. Bovendien moet je er altijd rekening mee houden dat die kleur als een soort scheldnaam gebruikt wordt voor iedereen die niet in de pas loopt. Eigenlijk wonen er hier maar weinig traditionele, roomse Zuid-Limburgse gezinnen. Er zijn meer on- en randkerkelijken, en enkele gereformeerde en hervormde gezinnen. Er wordt Fries, Hollands en gebroken Duits gesproken en vrijwel geen Heejlesj. Trouwens, Mestreechs en Venloes, dat kun je toch niet vergelijken met dat taaltje van die inboorlingen…

Toch zijn er geen echte conflicten. De jongemensen kunnen het goed met elkaar vinden. Over een paar maanden trekken alle kwajongens naar Vrouwenhei: de jongens van Klandschnick, Jan Jansen, Ko en Dik Smit, Harrie en Sjefke Beaumont, Ben, Leo, Jo en Frans Storm. Frans en Marie volgen met de drie kleinen en de kinderwagen, waarin onder de bodem proviand geborgen is. Vader Frans maakt een plaatje van de hele meute, op, aan en bij ‘de tafel’, een meetpunt van de Rijksgeografische Dienst. Alle jongens hebben een appel in hun hand, die ze doodstil houden bij hun geopende mond. Ze kijken gespannen, want je mag je niet bewegen als er een foto gemaakt wordt.

Sera de Haan
Ook later, over een jaar of negen, gaan de kinderen uit de buurt wandelen. De kleintjes zijn dan de grootsten. Via Benzenraderhof gaan ze naar de Imstenrader bossen. Daar hangt een wit bordje met in zwarte letters ‘Voor Joden verboden’. Sera de Haan, Sera die bij De Haan is ondergedoken, roept in haar onvervalste Amsterdams: ‘Ik mag hier niet in, ik mag hier niet in!’ De groteren leggen haar uit dat ze zulke domme dingen niet moet zeggen. Van de drie meisjes die aan Auschwitz ontkomen zijn, is er één die haar ouders terug zal zien.

Als je op straat voetbalt, pakt Schlicher, de opvolger van Hoenef, je bal af. Zo gauw het eerste koren gemaaid is, heb je weer veilige ruimte. Zouden ze een vlieger gaan maken? Van dat mooie gekleurde papier. En een lange staart. En een heel lang touw, maar zouden ze daaraan kunnen komen?

Vooral de groteren van de even huizen gaan vriendschappelijk met elkaar om. Niet alleen de jongens, maar ook de meisjes: Corrie=Zus Jansen, Willie Jansen, Fennie en Jo Smit. Zij zitten vaak op het achterplaatsje met elkaar te kaarten, naast de parkietenkooi bij Jansen of onder de kersenboom bij Storm. Of ze verdringen zich als op de hoge radio de zesdaagse vanuit Düsseldorf of Antwerpen te horen is. De heerlense renbaan wordt trouwens binnenkort afgebroken. Een goedhartige leraar van de ambachtschool geeft soms een filmtoestel mee, dan is er bioscoop in de huiskamer.

Bron: Privécollectie
Bron: Privécollectie

Dat zijn de meest opgewekte momenten. Maar in gezinnen vinden soms tragische gebeurtenissen plaats. En de spanning en dreiging in de samenleving blijft toenemen. Als het Jan Jansen te veel wordt, is het te vroeg om de weg te kiezen die Hubert Mraz gaat volgen: als honderden anderen gaat Jan naar Frankrijk en tekent voor het vreemdelingenlegioen. Zo komt deze wanhopige bij toeval in het andere kamp terecht. Over een jaar of zeven, acht, wordt hij afgeschreven na een aanval op de kust van bezet Noorwegen, of was het bij Narvik? Zal er later, als de ogen open gaan, nog iemand zijn die aan hem denkt of hem zelfs mist? Later worden al die overlevenden zó in beslag genomen door het beklimmen van ladders en het vergaren van schatten, dat we aan nadenken niet meer hoeven toe te komen. Solidariteit, dat is iets waarover nu en straks linkse mensen zingen en wat door rechtse gehoond wordt, maar wat niet in de praktijk gebracht wordt. Evenmin als naastenliefde bij roomsen en protestanten.

Als alle koren er af is, bouwen ze twee grote korenhuizen op een akker. Dan zal het niet lang meer duren of er verschijnt een duitse trekker met een schoorsteen die zwarte wolkjes uitpuft. Hij trekt een stoommachine met een neergeklapte schoorsteen. Later gaat ie de grote roze dorsmachine en pers halen. Alles wordt opgesteld tussen beide korenhuizen. De stoommachine, de schoorsteen rechtop, begint te zuchten en tenslotte te snorren en alles begint plotseling te bewegen en te ratelen. De stoker gooit ontzettend grote briketten op het vuur, ze hebben in het midden een dwarsgleuf, op de ene helft staat O, op de andere N. De dorsmachine is omgeven door wolken stof. Aangehaakte zakken lopen vol graan. De volle worden op een kar gezet. Het ene korenhuis wordt kleiner. Van de rechthoekige balen uit de pers wordt een nieuwe mijt gebouwd. Het is een fascinerend schouwspel.

Opgepakt
Op dinsdag is er markt. Op een dinsdagmorgen speelt de blinde harmonicaspeler bij de rooie huizen. De deuren gaan open, vrouwen staan in hun portiek, kinderen verdringen zich om de man heen. Een tijdlang is er die vreemde sfeer van ontroering en verstandhouding, waarin iedereen zwijgt en toeziet zonder te zien. En dan opeens is er het lawaai van de motor met zijspan van de politie. De blinde is op heterdaad betrapt, hij wordt in het zijspan geduwd, met harmonica. De vrouwen jouwen naar de politie of sluiten hun deur. Heeft iemand overwogen de man in huis te nemen en de deur gesloten te houden? Het gemak waarmee wij altijd voor al of niet geüniformeerde intimidatie zwichten! De messias die aan de andere kant van de palen is opgestaan en vertelt dat hij de zijnen zal leiden naar een duizendjarig rijk van vrede en welvaart, wordt met grote vurigheid geloofd en aanbeden. Alleen ginds? Hij vertelt hoe hij zijn rode, gouden en zwarte vijanden zal vernietigen. Zijn gelovigen juichen. In dit jaar raken de concentratiekampen al vol, komen vluchtelingen over de grens. Wat doen de mensen van de solidariteit hier voor hun rode broeders? Wat de predikers van naastenliefde voor alle vervolgden? We houden ons blind en doof. Want om te horen en te zien wat er gebeurt en dan te handelen zoals je hart het ingeeft, daar is moed voor nodig. Het eist kleur bekennen in de kleurloosheid van de laffe massa. En worden we daartoe opgevoed? Eisen we dat van onszelf?

Ingezonden verhaal

Als lezer van HeerlenVertelt.nl zal het vaak voorkomen dat u gebeurtenissen, locaties of gebouwen herkent. Wanneer u graag zelf een verhaal hierover wilt schrijven en insturen kan dit natuurlijk!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.