Het laatste nummer

Bij het opruimen van mijn opa’s huis – die op dat moment in een verzorgingstehuis is gaan wonen – vinden we in een boek een krantje. Glad gestreken als het papier is, lijkt het gister van de pers te zijn gerold. De datum van het krantje is echter “10 mei 1945”. Ook staat er “laatste nummer” boven de kantlijn gedrukt. En de kop leest: “DUITSCHLAND CAPITULEERT”. Het is het blad de Vliegende Hollander, een krant die uitgegeven werd door de geallieerde luchtmacht tijdens de bezettingsjaren. Al die jaren had opa het opgeborgen in zijn werkplaats.

Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog is opa – Tho Lemaire – als zestienjarige jongen in dienst bij de bouwuitvoerder Cörvers. Hij werkt als handlanger (‘keet jong’) mee aan prachtige projecten zoals het opknappen van de Meerssense Basiliek onder leiding van de architecten Cuypers. Als Tho met meneer Cörvers een keer in Heerlen is voor een klus, kijken ze naar de militairen die de mijn bewaken. “Dat is niet goed, jongen” zegt hij tegen Tho “er staat wat te gebeuren Thoontje”. Cörvers raadt zijn jonge werknemer aan niet langer voor hem te werken, maar een baan te nemen bij de mijn “daar ben je veilig”. Als op 10 mei 1940 de Duitse bommenwerpers overvliegen, fietst Tho ergens tussen vijf en zes uur ‘s ochtends van Meerssen richting de Oranje Nassau mijn in Heerlen, waar hij dan al een tijdje in dienst is. Volkomen onbekend met wat oorlog is, is het een buurtbewoner bij Klimmen die hem met wilde gebaren duidelijk maakt dat hij moet zorgen dat hij thuis komt! Op de terugweg zijn het spoor en wegen al versperd met bomen. De bouwuitvoerder had gelijk, buiten die ene ochtend waarop hij zich fietsend tussen het geweld had begeven, was Tho ‘veilig’ in de mijnen. Hij werd nooit opgeroepen om in dienst te gaan of voor arbeitseinsatz naar Duitse fabrieken gestuurd (die een gevaarlijk doelwit waren van geallieerde bombardementen). In de mijn beleefde hij desalniettemin zijn donkerste dagen. De opzichters waren bruten. Tho had er staan huilen als een kind. Lichaam en ziel kraakten onder de grond net zo hard als het stuthout. In maart 1945 neemt het lot van opa een nieuwe wending. Hoewel het zuiden van Limburg in september van 1944 reeds bevrijd was, stokte de opmars van de geallieerden kort daarna. De landingsoperatie rondom Arnhem mislukte en in de winter van ’44 lanceerden de Duitsers een tegenoffensief pal onder Limburg in de Ardennen. Als de geallieerden in maart 1945 nieuwe rekruten zoeken om de bevrijding voort te zetten, is Tho inmiddels 21 jaar. Tho neemt ontslag bij de mijn. Samen met zijn broer Sjaak voegt hij zich bij het 9de Amerikaanse leger en gaat het avontuur van zijn leven tegenmoet. In zijn dagboek – waarvan bij het opruimen nog slechts één pagina gevonden wordt – schrijft hij op 14 maart: “Afscheid genomen van thuis en Familie, we zouden vertrekken naar Duitsland”.

Email

Ingezonden verhaal

Als lezer van HeerlenVertelt.nl zal het vaak voorkomen dat u gebeurtenissen, locaties of gebouwen herkent. Wanneer u graag zelf een verhaal hierover wilt schrijven en insturen kan dit natuurlijk!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.